Na een spectaculaire strijd in Valencia heeft het Nederlands elftal zich zondagavond niet kunnen plaatsen voor de halve finales van de Nations League. Tegen Europees kampioen Spanje vocht Oranje zich drie keer knap terug van een achterstand, maar verloor uiteindelijk na strafschoppen. Ondanks het teleurstellende resultaat waren er ook volop lichtpunten te bespeuren. Hieronder lees je zes conclusies die je kunt trekken na dit meeslepende tweeluik.
Sterke kwartfinale, maar Nations League eindigt vroegtijdig
De groepsfase van deze editie van de Nations League verliep moeizaam voor Oranje. Met name de duels tegen Hongarije en Bosnië & Herzegovina in het najaar van 2024 behoorden tot de minste wedstrijden onder Ronald Koeman. Vijf maanden later toonde dezelfde ploeg zich als een ware vechtmachine. In Valencia kon Nederland de strijd volledig aan met Spanje, maar het bleek uiteindelijk het eindstation. Het toernooi eindigt voor Oranje in de kwartfinales, en dus blijft een plek in de Final Four opnieuw buiten bereik.
Oranje kan zich meten met de Europese top
Waar op het EK van 2024 nog stevige kritiek klonk op het spel van Oranje, lieten dezelfde spelers zich nu van hun beste kant zien. Zowel in De Kuip als in Mestalla toonde Nederland aan dat het zich prima kan meten met toplanden als Spanje. In fases speelde Oranje zelfs dominant, met verzorgd positiespel en gevaarlijke aanvallen. Dat biedt perspectief richting het WK in 2026.
Ian Maatsen maakt indrukwekkend debuut
Lang moest hij erop wachten, maar tegen Spanje kreeg Ian Maatsen dan eindelijk zijn kans. De linksback van Aston Villa speelde een volwassen wedstrijd en kreeg de zware taak mee om Lamine Yamal in bedwang te houden. Die uitdaging ging hij met verve aan. Alleen bij de 3-2 moest hij zich gewonnen geven. Daar tegenover stond wel een schitterend doelpunt, dat zijn debuut nog meer glans gaf. Maatsen is inmiddels de 29ste speler die zijn debuut maakt onder Ronald Koeman, waarmee de bondscoach wederom zijn durf toont om nieuw talent te brengen.
Memphis viert interlandjubileum met doelpunt
Een bijzonder moment voor Memphis Depay, die zondag zijn honderdste interland speelde. De aanvaller van Corinthians behoort nu tot een select gezelschap van Oranje-internationals die deze mijlpaal hebben bereikt. Zijn rake strafschop tegen Spanje maakte de avond extra speciaal. Memphis debuteerde in 2013 onder Louis van Gaal en was sindsdien actief op vier eindtoernooien. Ondanks een periode zonder oproep keerde hij onlangs terug en bewees hij direct zijn waarde.
Geen enkele Eredivisie-speler in de basiself
Het gebeurt zelden, maar tegen Spanje stonden er geen spelers uit de Eredivisie aan de aftrap. De laatste keer dat dit gebeurde, was in november 2017, toen Dick Advocaat uitsluitend koos voor spelers uit buitenlandse competities. Dit onderstreept enerzijds de sterke buitenlandse carrières van veel internationals, maar roept ook vragen op over de rol van de Eredivisie als leverancier van het nationale team.
Tegenstanders in WK-kwalificatie zijn bekend
Door de uitschakeling in de Nations League komt Nederland in een andere kwalificatiegroep terecht voor het WK 2026. Oranje is ingedeeld in Groep G, samen met Polen, Finland, Litouwen en Malta. Dat betekent dat de weg naar het wereldkampioenschap in de Verenigde Staten, Mexico en Canada via een op papier gunstige route verloopt. Spanje, dat wel doorgaat naar de halve finales, is ingedeeld in een groep met Turkije, Georgië en Bulgarije.
Het Nederlands elftal kan dus terugkijken op een leerzaam tweeluik tegen Spanje. Ondanks het missen van de Final Four heeft Oranje laten zien waartoe het in staat is, met sterke optredens, een debuut om in te lijsten en een jubileum dat gevierd mocht worden. Nu wacht de volgende uitdaging: de kwalificatie voor het WK.
Wat vond jij van het optreden van Oranje tegen Spanje? Laat het ons weten in de reacties op Facebook!
