Binnen de schaatsploeg van TeamNL lijkt het soms niet alleen op het ijs spannend, maar ook daarbuiten. Joy Beune en Marijke Groenewoud hebben de afgelopen weken namelijk publiekelijk laten doorschemeren dat ze totaal verschillend denken over hoe de selectie voor de Olympische Spelen in 2026 zou moeten verlopen. En hoewel het twee boezemvriendinnen zijn in de ploeg, zorgt dit onderwerp voor flinke discussies in de wandelgangen.

Beune trapte de discussie af door te pleiten voor een systeem waarin wereldkampioenen een soort ‘garantieplek’ krijgen voor de Olympische Spelen, mits ze aantoonbaar in vorm zijn. “Als ik één mindere dag heb op het Olympisch Kwalificatietoernooi (OKT) en daardoor misgrijp, dan snijdt de KNSB zichzelf in de vingers”, zei ze tegen Sportnieuws.nl. Ze ziet het niet alleen als bescherming voor zichzelf, maar ook voor andere wereldkampioenen als Femke Kok of Jenning de Boo. “In andere landen is dat heel normaal. Daar weet je soms al maanden van tevoren of je geplaatst bent. Dat geeft veel meer rust en energie.”
Groenewoud denkt daar totaal anders over en liet dat ook onomwonden blijken. Volgens haar moet iedereen gelijke kansen krijgen en mag er geen sprake zijn van uitzonderingsposities. “Joy had het over aanwijsplekken. Dat is echt onzin. Iedereen moet zich gewoon via het OKT plaatsen, punt.”
Dat beide topschaatssters hier zo openlijk over verschillen, levert binnen de ploeg de nodige gespreksstof op. In de podcast van Naomi van As en Ellen Hoog werd het onderwerp breed uitgemeten. Hoog stelde dat het toch wel opmerkelijk is dat zulke stevige meningen naar buiten worden gebracht terwijl beide vrouwen samen in de ploegenachtervolging moeten presteren. “Ze staan hier lijnrecht tegenover elkaar. Kan dat zomaar zonder dat het gevolgen heeft?” vroeg ze zich af.
Van As ziet dat genuanceerder. Volgens haar gaat het simpelweg om een verschil van mening en hoeft dat geen bom onder de samenwerking te leggen. “Iedereen mag een eigen visie hebben. Dat hoort er juist bij in topsport. Maar natuurlijk, als dit soort discussies op een gegeven moment spanning in de ploeg oplevert, kan dat wel problematisch worden.”
Dat spanningen echt op de loer liggen, blijkt uit wat er in de groep rondgaat. Beune zou meerdere keren benadrukt hebben dat de KNSB te conservatief denkt, terwijl Groenewoud juist vindt dat Beune te veel privileges wil afdwingen. Het is voer voor verhitte gesprekken, zeker tijdens lange trainingskampen waar de emoties toch al vaak hoog oplopen.
Voor de KNSB is het probleem daarmee niet kleiner geworden. De bond moet uiteindelijk beslissen of er inderdaad uitzonderingsplekken voor wereldkampioenen komen of dat het huidige strikte OKT-systeem blijft bestaan. Welke keuze er ook wordt gemaakt: de kans is groot dat er altijd teleurgestelde schaatsers zullen zijn.
Wat vaststaat, is dat Beune en Groenewoud nog vaak samen op het ijs zullen staan de komende tijd. Of hun onderlinge discussies dan nog doorsijpelen in hun samenwerking bij de ploegenachtervolging, dat is misschien wel net zo spannend als de strijd om olympische startbewijzen zelf.