Jordan Lukaku, de jongere broer van Romelu Lukaku, werd ooit beschouwd als een van de grootste talenten van België. Zijn naam werd jarenlang in één adem genoemd met de toekomst van het Belgische voetbal. Clubs als RSC Anderlecht, Lazio en Royal Antwerp sierden zijn cv, maar de voorbije jaren raakte hij steeds verder uit beeld. Tegenwoordig is hij dertig, nog steeds profvoetballer, maar zijn carrière kende een dieptepunt waar hij nu pas openlijk over durft te spreken: zijn periode bij Adanaspor in Turkije.

In 2023 tekende Lukaku bij de Turkse club in de hoop zijn loopbaan een nieuwe wending te geven. Maar in plaats van een frisse start, kreeg hij te maken met situaties die niets meer met professioneel voetbal te maken hadden. “Ik maakte de hel mee in Turkije,” zegt hij eerlijk in gesprek met Het Nieuwsblad. Waar men vaak denkt aan grote salarissen en een passionele voetbalcultuur in Turkije, kent het land ook een duistere kant. Veel spelers worden er structureel niet betaald, en dat ondervond Lukaku aan den lijve. “In mijn eerste seizoen kreeg ik maar vier van de tien maanden uitbetaald,” vertelt hij.
Het tweede seizoen was ronduit rampzalig. De voorbereiding op het nieuwe seizoen verliep in totale chaos. “Er was geen coach, geen technisch directeur, geen teammanager. De voorzitter probeerde de club te verkopen, maar vond geen koper. Uiteindelijk gaf hij de dagelijkse leiding maar aan zijn 27-jarige zoon.” Volgens Lukaku nam een teambegeleider de rol van technisch directeur op zich, zonder enige ervaring of bevoegdheid. “Het voelde alsof ik in een slechte film terecht was gekomen,” zegt hij.
Alsof de sportieve situatie nog niet genoeg was, kreeg Lukaku ook fysiek en emotioneel zware klappen te verwerken. Vlak voor de seizoensstart raakte hij geblesseerd. In Turkije kreeg hij medisch advies dat hij niet vertrouwde, en op aanraden van toenmalig trainer Sol Bamba besloot hij zich in België te laten opereren. De club weigerde echter toestemming te geven, maar Lukaku koos toch voor zijn gezondheid en reisde af naar België.
Bij terugkomst in Turkije volgde de ultieme vernedering: zijn appartement was volledig leeggeruimd. “Het was duidelijk bedoeld om me weg te jagen,” zegt hij. Kort daarop kwam het schokkende nieuws dat Sol Bamba, zijn coach en vertrouwenspersoon, plotseling was overleden. “Dat was een klap. Sol was meer dan een trainer, hij was een vriend.”
Na Bamba’s overlijden beweerde de club dat Lukaku nooit toestemming had gekregen voor de operatie, ondanks eerdere gesprekken. Dat was het moment waarop Lukaku zijn beslissing nam: “Ik vertrek, en ik keer nooit meer terug naar Turkije.”
Zijn relaas is geen uitzondering. Steeds vaker verlaten buitenlandse voetballers de Turkse competitie met een bittere nasmaak. Voor Jordan Lukaku is het duidelijk: hij wil weer plezier in het spelletje vinden, ver weg van de chaos die hij in Turkije meemaakte.