De Grand Prix van Japan leverde niet alleen spektakel op de baan, maar ook discussie daarbuiten. Tijdens de race werd namelijk pijnlijk duidelijk dat de achtervleugel van McLaren opvallend veel flex vertoont onder hoge snelheid. Waar de vleugel van Red Bull Racing, en in het bijzonder die van Max Verstappen, strak op zijn plek bleef, boog die van Lando Norris en Oscar Piastri zichtbaar een paar centimeter naar achteren. En dat heeft directe invloed op prestaties – en mogelijk op de geldigheid van het ontwerp.

Extra snelheid dankzij slimme vleugelconstructie
De beelden laten weinig aan de verbeelding over. Terwijl de MCL39’s van McLaren over het rechte stuk stormden, bewoog de achtervleugel mee met de luchtstroom. Het effect? Minder luchtweerstand, meer topsnelheid en tegelijkertijd behoud van downforce in de bochten. Een enorme prestatieboost, zonder dat je hoeft te wisselen tussen downforce- en snelheidsspecificaties.
Red Bull moest juist een kleinere achtervleugel monteren bij Verstappen om op rechte stukken competitief te blijven. Dat ging ten koste van grip in de bochten. Bij McLaren lijkt die compromis niet nodig, door het slimme – of juist discutabele – gebruik van een buigzame vleugel. De vraag is inmiddels niet meer of het doorbuigen een voordeel oplevert, maar vooral of het volgens de regels mag.
FIA grijpt beperkt in, maar laat grootste verschil liggen
De internationale autosportfederatie FIA heeft eerder dit seizoen al ingegrepen bij wat liefkozend de ‘mini-DRS’ van McLaren werd genoemd. Een kleine aanpassing zorgde ervoor dat een flapje op de vleugel werd aangepast. Maar het grotere probleem – de structurele buiging van de volledige vleugel onder aerodynamische druk – blijft vooralsnog onbestraft.
Dat roept bij velen de vraag op waarom er nog geen stevigere maatregel is genomen. Als je kijkt naar de reglementen van de Formule 1, mogen onderdelen niet zodanig flexibel zijn dat ze onder druk van de rijwind hun aerodynamische functie veranderen. En precies dat lijkt nu wel aan de hand bij McLaren.
Olav Mol uit stevige kritiek
Olav Mol, commentator bij Ziggo Sport en al jarenlang een vaste stem voor de Nederlandse Formule 1-fan, reageerde fel op de situatie. Op social media liet hij weten zich te verbazen over het uitblijven van actie van de FIA. “Hoe is het toch mogelijk dat de FIA dit niet onder controle krijgt? Hoeveel bewijs wil je hebben lijkt me?” schreef hij op X (voorheen Twitter), naar aanleiding van een video waarin het verschil tussen de achtervleugels van McLaren en Red Bull pijnlijk duidelijk wordt.
Mol staat daarin niet alleen. Ook andere analisten en fans uitten hun onbegrip. Het fragment van de race waarin de flex zichtbaar is, werd massaal gedeeld en besproken. De beelden zijn onmiskenbaar, en dat maakt het gebrek aan reactie vanuit de sportleiding des te opvallender.
Technisch voordeel of grensoverschrijding?
De discussie over flexibele onderdelen is niet nieuw in de Formule 1. In het verleden kwamen ook andere teams onder vuur te liggen vanwege voorvleugels, bodemplaten en diffusers die onder druk net genoeg bewogen om voordeel op te leveren, zonder keihard door de mand te vallen in de tests van de FIA.
Wat McLaren nu doet, lijkt opnieuw op het oprekken van de grenzen. Het team heeft ogenschijnlijk een manier gevonden om binnen de marges van de bestaande tests te blijven, terwijl het ontwerp op de baan toch een zichtbaar aerodynamisch voordeel oplevert. Dat is technisch knap, maar sportief gezien discutabel.
Red Bull dwingt snelheid af zonder vleugeltruc
Voor Red Bull en Verstappen is het zuur dat zij hun prestaties moeten behalen zonder deze technische ‘hulpmiddelen’. Verstappen reed met een veel conservatiever vleugelprofiel en moest daarmee inleveren op downforce om in rechte lijn snel genoeg te blijven. Ondanks dat wist hij de race in Japan overtuigend te winnen. Maar de vraag die steeds luider klinkt: hoeveel verschil had het gemaakt als Red Bull met hetzelfde flexsysteem had mogen rijden?
Voor jou als fan levert deze controverse vooral verwarring en frustratie op. De regels zijn bedoeld om een gelijk speelveld te creëren, maar als sommige teams ze slimmer weten te buigen dan anderen – letterlijk en figuurlijk – dan komt de geloofwaardigheid van het kampioenschap onder druk te staan.
FIA moet positie bepalen voor de rest van het seizoen
De druk op de FIA groeit met de week. Als het bestuursorgaan geloofwaardig wil blijven, zal er snel een duidelijk statement moeten komen. Ofwel McLaren wordt verplicht de vleugel aan te passen, of andere teams krijgen ruimte om vergelijkbare technieken toe te passen. Eén ding is zeker: dit is geen incident meer, maar een structureel voordeel dat de sport beïnvloedt.
Wat vind jij van de flexibele vleugel van McLaren: slimme innovatie of oneerlijke truc? Reageer mee op Facebook en laat je stem horen!