Youri Regeer is het zat: de wekenlange discussie over zijn favoriete positie weegt hem zichtbaar op. Tijdens de winterstop leek Ajax hem als rechtsback naar Amsterdam te halen, terwijl hij van nature een controlerende middenvelder is. Voor Regeer is het echter simpel: de positie die hij op het veld inneemt, bepaalt hij niet zelf — dat doet de trainer. En hij is klaar met het debat dat de media telkens opnieuw oplaaien.

Door de schorsingen van vaste Jov Oranje-selectieleden Devyne Rensch en Kenneth Taylor voor de halve finale tegen Jong Engeland, ligt er nu een uitnodiging voor speeltijd voor Regeer op tafel. Een kans waar hij zich op focus. “Ik speel waar de trainer (Michael Reiziger, red.) mij nodig heeft”, zegt hij resoluut tegen Voetbal International.
Lang ging het daar nog niet vrijuit:
“Ik ben er een beetje klaar mee. De media maken een heel groot probleem van mijn positie. Uiteindelijk speel ik waar de trainer mij nodig heeft. Volgens mij is het al 600 keer gevraagd. Ik weet het zelf het beste.”
Die stellige uitspraak is niet verwonderlijk. Regeer heeft het achterliggend seizoen een pittige periode doorgemaakt. Kort na zijn terugkeer bij Ajax brak hij zijn vinger en zat hij maar liefst dertien weken out. Een forse tegenslag voor een speler in opbouw. Nu, op het EK onder 21, kende hij opnieuw een hobbelige start: hij werd vrij vlot gewisseld én liep na een stevig duel een rode kaart op.
Rode kaart of niet, Regeer erkent zijn fouten en zegt er lering uit te trekken. “Dat mag mij niet overkomen. Ik hoop anders te beginnen aan het toernooi, maar so be it,” zegt hij. “Tot nu toe is het niet mijn toernooi, maar ik denk dat er nog genoeg kansen komen om het wel míjn toernooi te maken.”
Zo laat hij zien dat hij vechtlust bezit. In plaats van in te storten na tegenspoed, richt hij zich op wat nog wél mogelijk is. Maar het is logisch dat hij liever wil spelen op een positie waar hij zich wél prettig voelt: die controlerende rol, met overzicht én vrijheid om de lijnen uit te zetten. Daar is hij van overtuigd dat hij het verschil kan maken.
Bij Ajax is dit thema niet nieuw. De clubcultuur herbegint met jonge talenten die beheerst gebouwd worden in verschillende rollen, afhankelijk van de tactische behoefte van de coach. Voor Regeer betekent dit een bepaalde vorm van ontdekkingsreis: soms als flankverdediger, soms als middenvelder, soms op een heel andere post locatie. Flexibiliteit is modern voetbal.
Toch onderstreept Regeer dat zijn interne compassie glashelder is: hij aanvaardt de rol die hem wordt toegewezen, zolang hij daar maar met inzet en passie speelt. Dat is de kern van de boodschap: geen krampachtige vastklamping aan een positie, maar het team dienen op welke plek dan ook. Trainer en media kunnen denken wat ze willen; Regeer heeft zijn standpunt gemaakt en wil voortaan gewoon laten zien wat hij kan.
Of dat leidt tot een vaste plek in het Ajax-elftal of opnieuw een wisselrol, valt nog te zien. Eén ding is zeker: Regeer speelt niet langer mee in het ‘meningencircus’ over zijn positie. Hij spreekt liever met zijn voeten — maar zegt ook luid en duidelijk dat hij liever op zijn natuurlijke plek speelt. Nu is het aan hem om dat op het veld te bewijzen.